Vandaag moest ik de lessen wiskunde en natuurwetenschappen
geven.
Het eerste lesuur van de dag startte ik met de les wiskunde.
Hierin wou ik eerst een korte herhaling geven om vervolgens het werkblad van
dinsdag verder af te werken. Voor alle zekerheid ging ik na of alle kinderen
dit werkblad mee hadden om eventueel nog enkele afdrukken te gaan maken. Al
snel kwam ik tot de vaststelling dat de leerkracht het werkblad door de
leerlingen had laten afwerken tijdens de huiswerkperiode. Hier in Klapmuts
wordt vaak de tijd van het laatste lesuur vrij gemaakt om taken te maken of
lessen te leren. De reden hiervan is dat de kinderen geen handboeken of
werkboeken mee naar huis mogen nemen. Ze zouden die vaak vergeten of zelfs
verliezen.
Dit vormde voor mij wel even een obstakel aangezien mijn
planning hierdoor een beetje in de war was geraakt. Ik stelde voor om al de les
van morgen te geven aangezien ik toch het nodige materiaal had meegebracht. De
leerkracht zei dat hij liever had dat de les, die ik voor morgen had voorbereid,
toch morgen zou gegeven worden en stelde voor om vandaag het werkblad te
verbeteren samen met de leerlingen.
Een supersnelle brainstorm raasde door mijn hoofd. Ik heb beslist
de les als volgt te organiseren. Aangezien heel wat leerlingen hier nog moeite
mee hebben, startte ik met het maaltafelspel. Alle leerlingen moesten op hun
bank gaan staan en kregen om de beurt een maaltafel die ze moesten oplossen. Wie
de maaltafel correct had opgelost, mocht gaan zitten. Tijdens deze oefening
merkte ik op dat heel wat leerlingen nog op hun vingers moeten tellen om tot
het correcte antwoord te komen. Ik ben benieuwd hoe het morgen zal verlopen met
het maaltafeldoosje dat ik voor elke leerling heb gemaakt.
Na deze korte oefening herhaalde ik enkele oefeningen over
het omzetten van lengtematen. Met behulp van het bord ging dit heel vlot. De
leerlingen wisten nog goed hoe dit werkte en kleefden de getallen op de
correcte plaats. Het verschil tussen schatten en meten werd ook herhaald. In
het begin merkte ik op dat sommige leerlingen het toch nog moeilijk hadden met
de betekenis hiervan. Ze gebruikten hun liniaal tijdens het schatten. Bij elk voorwerp
dat we schatten en maten, legde ik de nadruk erop dat schatten zonder liniaal wordt
gedaan en dat bij meten het liniaal wel moet gebruikt worden. Herhaling is hier
heel belangrijk. Op het einde merkte ik dan ook dat de leerlingen het nu wel begrepen. Bij het schatten van enkele strepen
op hun werkblad zag ik ze allemaal hun duimpjes naast elkaar leggen en
verleggen. De breedte van de duim is immers ongeveer 1cm. Super tof was, toen
ik het volgende lesuur langs de klas van
mijn leerkracht passeerde, dat ik alle leerlingen op hun bank zag staan.
Na deze les had ik een kort gesprek met de directeur over
FAS en samen met een juf verbeterde ik mijn Afrikaanse enquête. Dit duurde
enige tijd. Alle computers hebben hier qwerty-toetsenborden. Hierdoor was het
steeds zoeken voor de juf waar welke letter stond.
Vandaag was het ‘zaal’. Er werd gezongen en gepreekt over
hoe de kinderen zich moeten gedragen in de school. Achteraf hoorde ik van de
directeur dat ze normaalgezien de leerlingen in 2 groepen splitsen en dat elke
groep dan op een ander tijdstip moet komen. Maar aangezien de inspectie nog
steeds aanwezig is, was dit vandaag niet het geval en stonden alle 1500
leerlingen in de zaal.
De les NW ging over de materietoestanden. Super toffe les!
De leerlingen konden heel actief deelnemen door bellen te blazen, een mandarijn
uit te persen, water op olie te gieten, op hun stoel te springen,… Dit vonden
ze super leuk en ze begrepen de leerstof goed! Dit was te merken tijdens de
verbetering van het werkblad.
Op het einde van de les zegden 2 meisjes spontaan ‘Ik ga jou
missen als je weg zal zijn.’ En vervolgens kreeg ik een hartverwarmende
knuffel. Persoonlijk hou ik ervan om een leerling eens een high-five of een
‘schouderwrijfje’ te geven. De kinderen moeten voelen dat ze gewenst zijn! Vaak
hoop ik dan dat ik hen de aandacht en liefde geef die ze thuis misschien niet
krijgen.
Op het einde van de dag ging ik nog snel even langs de
bibliotheek om enkele gepaste leesboekjes te kiezen voor mijn project. Het zijn
de volgende boeken geworden: “Die olifant wat bang was”, “Die tier wat kwaad
was.”, “Die sebra wat hartseer was.”, “Mamma! Ek is bang.” en “En wie is jy?”.
Om zo binnen het thema van gevoelens te blijven.
Na school hadden Leentje en ik een gesprek over hoe snel
alles hier al is voorbij gevlogen. Het rare is, nu we weten dat onze terugkeer
nadert, we meer aan thuis beginnen te denken. Ik krijg steeds kippenvel wanneer
ik eraan denk dat Leentje en Melissa over 10 dagen al terug in België zijn.
Leentje en ik delen dezelfde mening dat de buitenlandse stage te kort is. Zeker
de stageperiode in Klapmuts. Het onderwijs in Klapmuts verschilt op zoveel vlakken
van het onderwijs in België. Eigenlijk leren we hier in Klapmuts heel veel bij
op het vlak van omgaan met cultuurverschillen. Speciale werkmethodes worden
hier niet gebruikt. Integendeel, wij leren eerder hen nieuwe werkmethodes aan.
Maar dit geeft zo’n voldoening wanneer de lokale leerkracht onze werkvormen
overneemt en dit allemaal positief uitdraait voor het kind. Klapmuts vormt je
niet op theoretisch vlak, maar op emotioneel vlak. Hier leer je de waarde van
het leven meer appreciëren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten